
Voorlichting IPM Knaagdierbeheersing

Sinds half juni 2024 hebben we een nieuw bedrijfswagen die we beletterd hebben.
Zeker 46 veehouderijen mogen voorlopig geen dieren, mest en melk meer afvoeren. Op de boerderijen is een bestrijdingsmiddel tegen muizen gebruikt. Dat mag onder strenge voorwaarden, maar de ongediertebestrijder heeft die niet gevolgd, meldt de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.
Bij één boerderij zijn dieren blootgesteld aan het bestrijdingsmiddel. In de lever van een kalf zijn sporen van het middel gevonden. De bestrijder heeft ook bij 45 andere bedrijven gewerkt, en daarom heeft de toezichthouder daar uit voorzorg ook het werk stilgelegd.
De maatregel moet voorkomen dat mensen het bestrijdingsmiddel binnenkrijgen via vlees of melk. Het middel kan bij grote hoeveelheden schadelijk zijn. De NVWA heft het afvoerverbod op wanneer het bestrijdingsmiddel niet wordt aangetroffen bij de dieren. Vijf van de 46 veehouderijen mogen inmiddels weer melk laten afvoeren, omdat het melkvee niet bij het middel in de buurt is geweest.
De toezichthouder meldt niet om welke boerderijen het gaat en in welke plaatsen die zijn.
.
Ratten en muizen zijn onderdeel van onze leefomgeving. Maar ze brengen wel gezondheids- en veiligheidsrisico’s met zich mee. Zo kunnen ze met hun geknaag schade en kortsluiting veroorzaken. Bovendien kan de aanwezigheid van knaagdieren leiden tot verspreiding van ziektes of reputatieschade. Daarom houd je ze het liefst op afstand.
Vanaf 2023 gelden nieuwe regels die bepalen hoe we omgaan met overlast door knaagdieren. Het doel van de wetswijziging is om het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen zoveel mogelijk te beperken en indien mogelijk helemaal te vermijden. IPM (Integrated Pest Management) is de meest effectieve manier om overlast door ratten en muizen te voorkomen. Knaagdierbeheersing wordt hiermee onderdeel van de dagelijkse bedrijfsvoering.
Bovenstaande flyers bevatten belangrijke informatie voor u en diverse sectoren.
Nieuwe regels maken rattenbestrijding lastig voor agrariërs
Bij rattenbestrijding buiten gold die certificaatplicht al. Deze wordt vanaf 2023 dus uitgebreid naar binnen. Ook voor bestrijding van muizen is dan zo’n certificaat nodig. Dit is het gevolg van Europees toelatingsbeleid voor biociden.
Extra regels voor gif tegen ratten en muizen zijn nodig omdat de middelen ook extreem giftig zijn voor andere dieren, zoals vogels en zoogdieren. Bovendien blijft het gif lang in het milieu aanwezig en is de kans op resistentie groot.
Tegelijkertijd zijn deze middelen onmisbaar in de bestrijding en dienen ze een groot maatschappelijk belang. Het Europese toelatingsbeleid biedt in zo’n situatie de uitweg om middelen op de markt te houden, maar wel onder strikte voorwaarden. Daarom zijn rodenticiden op de lijst van ‘aangewezen middelen’ gezet. Op deze manier kunnen ze ook na 2022 worden ingezet door gecertificeerde bedrijven of personen met aanvullende scholing.
Cursus en audit gaan enkele honderden euro’s kosten
Conno de Ruijter, association manager van stichting Keurmerk Plaagdiermanagement
Nu nog beschikken naar schatting zo’n 25.000 boeren en tuinders over een licentie Knaagdierbeheersing Agrarisch (KBA), tot medio vorig jaar vaak gekoppeld aan de spuitlicentie. Vanaf 1 januari 2023 maakt die licentie plaats voor een nieuwe: IPM-KBA. 1PM staat voor Integrated Pest Management.
Hoeveel agrarisch ondernemers deze licentie gaan behalen, is volgens Conno de Ruijter van stichting Keurmerk Plaagdiermanagement moeilijk in te schatten. ‘Je zult een cursus moeten volgen en een controlerende instantie een audit moeten laten uitvoeren.’
Maar cursussen en audits kosten tijd en geld. Dit zullen boeren en tuinders gaan afwegen tegen de inzet van een extern gecertificeerd bedrijf. Cursus en audit gaan samen enkele honderden euro’s kosten, verwacht De Ruijter. Voor de jaarlijkse registratiekosten moet men rekenen op 50 euro.
Gif als laatste optie
Bij de beheersing van ratten en muizen vormen rodenticiden het sluitstuk, onderstreept De Ruijter. ‘Het begint bij preventie. Pak schuilplaatsen aan, zorg dat voer zoveel mogelijk onbereikbaar is.’ Daarna komen mechanische bestrijdingsmethoden in beeld, zoals vallen en klemmen. Gif is de laatste optie.
De cursus schenkt veel aandacht aan een geïntegreerde aanpak. De Ruijter: ‘Stappenplannen en voorbeelden helpen cursisten IPM op hun eigen bedrijf toe te passen. Iedere locatie kent weer andere omstandigheden en verlangt dus een andere aanpak. Het certificatieschema biedt ruimte voor eigen keuzes. In het dossier legt het bedrijf de argumenten voor die eigen keuzes vast.’
Groei in toegelaten middelen
De Ruijter ziet de laatstè jaren een groei in het aantal toegelaten rodenticiden. ‘Dat is goed nieuws. Door middelen af te wisselen, verklein je de kans op resistentie.’
LTO Nederland is niet gelukkig met de aanstaande aanscherping van de regels, laat beleidsmedewerker Herman Litjens weten. ‘Bestrijding wordt met deze aanscherpingen hoe dan ook moeilijker gemaakt. Dat is geen vooruitgang.’
Lastige omstandigheden
Litjens wijst op de lastige omstandigheden op veel boerderijen. ‘IPM legt het accent op preventie. Terecht, voorkomen is beter dan genezen. Maar op agrarische bedrijven is altijd voedsel aanwezig. Veel stallen zijn open.’
Litjens rekent op een praktische invulling van de cursus die leidt tot de IPM-KBA-licentie. Hij verwacht dat met name kleinere bedrijven de bestrijding voortaan zullen overlaten aan gecertificeerde specialisten. ‘Wil je het zelf blijven doen, dan moetje tijdig op zoek naar een cursus en een auditor.’·
Plaagdieren zoals muizen en ratten mogen niet rondlopen waar u eet- en drinkwaren bereidt, behandelt of bewaart. Klanten moeten erop kunnen vertrouwen dat uw voedsel veilig is. U bent hier zelf voor verantwoordelijk. Wij controleren horeca- en levensmiddelenbedrijven op de voedselveiligheid.
Muizen vormen een gezondheidsrisico voor mensen. Muizen dragen namelijk bacteriën, virussen en parasieten. Via hun uitwerpselen, urine en speeksel verspreiden muizen ziektes en bacteriën zoals voedselvergiftiging en salmonella. Voorkom dus dat muizen in aanraking komen met uw levensmiddelen en verpakkingen.
Uw bedrijf heeft waarschijnlijk last van muizen als u de volgende dingen opmerkt:
Muizenkeutels (muizenpoep) hebben de vorm van een rijstkorrel. Zachte en glanzende keutels kunnen tekenen zijn voor een actieve plaag. Oudere keutels zijn hard en ingedroogd.
Buiksmeer ontstaat als muizen langere tijd dezelfde routes afleggen. Ook dit kan dus een actieve plaag betekenen.
Als u last heeft van muizen, heeft uw directe omgeving dat waarschijnlijk ook. Informeer elkaar en pak gezamenlijk het probleem aan. Zo spreidt u mogelijk ook de kosten van een plaagdierbestrijder.
U mag muizen in uw bedrijf niet weren of bestrijden met een kat. Volgens de Warenwet mogen huisdieren namelijk niet op plaatsen komen waar u eten maakt of opslaat. Ook het vangen van muizen en ratten met lijmplaten is niet toegestaan, omdat dit ernstig dierenleed veroorzaakt. Gif mag u alleen laten plaatsen door professionele plaagdierbestrijders.
Besef dat u eindverantwoordelijk blijft voor het beheersen van de plaag. U moet dus zelf de meeste werkzaamheden verrichten. Maak met de plaagdierbestrijder duidelijke afspraken over taken en verantwoordelijkheden. Hierbij kunt u gebruikmaken van de checklist die de NVWA heeft opgesteld.
Wat mag u verwachten als u een plaagdierbestrijder inschakelt:
Bron:
https://www.nvwa.nl/onderwerpen/muizen-bestrijden-voor-ondernemers
Voor bedrijven die met levensmiddelen werken zijn knaagdieren waaronder muizen en ratten een continue aandachtspunt. Knaagdieren vormen een groot gezondheidsrisico voor mensen, omdat zij bacteriën, virussen en parasieten met zich meedragen en verspreiden. De bedrijven zijn zelf verantwoordelijk voor het bestrijden van knaagdieren.
Nieuwe wetgeving per 1 januari 2023 bij het bestrijden van knaagdieren
Na 1 januari 2023 wijzigt de wet- en regelgeving. Voor bedrijven geldt dat de professionele plaagdierbestrijder gecertificeerd moet zijn om chemische middelen te mogen gebruiken ter bestrijding van knaagdieren. De plaagdierbestrijder dient een certificaat hiervan te kunnen overleggen aan het bedrijf waardoor zij is ingehuurd.
Daarnaast mogen chemische middelen ter bestrijding van knaagdieren pas worden ingezet als een laatste stap in de beheersing van de ongedierteoverlast. Eerst moeten alle beschikbare preventieve en niet chemische maatregelen zijn ingezet en niet het gewenste effect hebben opgeleverd. Als de plaagdierbestrijder gebruik maakt van vangkooien, dient u afspraken te maken over de controlefrequentie van de vangkooien teneinde onnodig lijden te voorkomen. Gemaakte afspraken worden bij voorkeur schriftelijk vastgelegd.
Meer achtergrondinformatie over deze wijzigingen kunt u terugvinden in het Handboek IPM Knaagdierbeheersing (HIK). Dit document is opgesteld door Stichting Keurmerk Plaagdiermanagement Bedrijven (KPMB).
Wilt u meer informatie over deze wijzigingen? Neemt u dan contact op met uw plaagdierbestrijder.
Informatie over het inhuren van een professionele plaagdierbestrijder
De NVWA heeft op haar website meer informatie staan over het bestrijden van knaagdieren. Deze informatie kan het bedrijf helpen een juiste keuze te maken bij het inhuren van een professionele plaagdierbestrijder. Ook kan het bedrijf deze informatie gebruiken om heldere afspraken te maken met de plaagdierbestrijder over de wijze van bestrijden van knaagdieren in het bedrijf.
De informatie vindt u door onderstaande stappen te doorlopen op de webpagina.
1. Gebruik de link knaagdieren bestrijden voor ondernemers | NVWA.
2. Onder het kopje ‘Checklist samenwerken met een bestrijder’ kiest u voor de link ‘checklist’
3. Open het document ‘Samen muizen en andere plaagdieren bestrijden werkt’.
4. In bijlage 2: ‘Checklist voorkomen en beheersen plaagdieren’. Hier vindt u een overzicht van de belangrijkste punten voor het inhuren van een professionele plaagdierbestrijder.
Toezicht op gewijzigde wet- en regelgeving
De invulling van toezicht op deze wet- en regelgeving is nog volop in ontwikkeling. Wij kunnen u daarom op dit moment nog niet van verdere informatie voorzien.
NVWA